U bent hier
“Oproep strenge aanpak criminaliteit is hypocriet”
Afgelopen weekend trok een golf van vandalisme door onze stad. N-VA Zottegem veroordeelt dit ten strengste en pleit voor een nultolerantie voor dergelijk gedrag. Maar wat ons nog het meest verbaast, is de reactie van het stadsbestuur. De burgemeester vraagt een keiharde en radicale aanpak. “Dat is net zijn verantwoordelijkheid. Er wordt al jaren getalmd met een stevige aanpak van dergelijke criminaliteit!”, repliceert Matthias Diependaele.
Vijftien wagens werden afgelopen weekend beschadigd en heel wat bloempotten werden omgegooid. Het is duidelijk dat we dergelijk gedrag als samenleving niet mogen tolereren. Als partij veroordelen we dit ten stelligste en pleiten we voor een strenge aanpak van de daders. Bovendien moeten we ons beter wapenen om dergelijke zaken in de toekomst tegen te gaan.
Matthias Diependaele (fractieleider N-VA Zottegem): “We hebben jaren moeten wachten op de camera’s op de Markt en het Stationsplein. Dat voorstel werd vanuit de oppositie verschillende keren op de gemeenteraad naar voor geschoven. Maar we hadden er het raden naar waarom dat zo lang heeft moeten duren. Nu ze er zijn, brengt men hoeraberichten uit over de goeie werking. Maar men zou beter verder werk maken van degelijke camera’s op andere plaatsen in onze stad zoals aan het Egmontkasteel. En ook de camera’s van de NMBS aan de achterkant van het station volstaan niet.”
Al jaren zijn er ook berichten van toenemend vandalisme op de Cantaert-site. Daar zouden naar verluidt ook injectienaalden van drugsspuiten gevonden worden. Iemand nam ook foto’s van jongeren die langs de voorkant van het station de daken van de fietsenstalling beklommen. Die hadden ook niet bepaald goede bedoelingen…
“De oproep voor een strenge aanpak is ronduit hypocriet. Aan wie doet men die oproep? Aan zichzelf? Want de burgemeester is verantwoordelijk om te zorgen voor die strenge aanpak. Ik stel dan ook voor dat men daar eens werk van maakt in plaats van een oproep de wereld in te sturen waarmee men de indruk wil wekken alsof het iemand anders verantwoordelijkheid zou zijn.”, besluit Diependaele.